© Ton Broedersz 2013 Bij mensen met diabetes kan de maag- en darmwerking verstoord zijn door te hoge bloedglucosewaarden, maar ook door afwijkingen aan de zenuwen. De exacte oorzaak is niet bekend, wel dat bijna 30% van de Nederlandse bevolking met diabetes heeft van een traagwerkende maag. De meest voorkomende klachten hierbij zijn- . Het gevoel dat de maaltijd niet Iekker valt. Een opgeblazen gevoel houden. Het gevoel dat er een steep op de maag ligt. In extreme gevallen kan het leiden tot misselijkheid en braken. Het komt ook voor dat de maagontlediging vertraagd is zonder dat dit duidelijke klachten geeft. Het blijkt vaak pas achteraf een verklaring voor onverwachte hypo's en hypers. Wanneer de maagontlediging vertraagd is, wordt dit ook wel gastroparese genoemd. Het eten gaat niet door naar de darmen maar blijft langer in de maag, dit kan wel 10 tot 24 uur zijn (terwijI het gewoonlijk na 1-3 uur uit de maag verdwenen is). Door deze vertraging is de aanvoer van koolhydraten veel Iangzamer en dat kan tot onverwachte hypo's leiden. Ook kan het gebeuren dat er pas lange tijd na de maaltijd een piek in de bloedglucosewaarde te zien is (hyperglykemie), door de koolhydraten uit de vorige maaltijd(en). Voedingsvezels Voedingsvezels zorgen ervoor dat het eten langer in de maag blijft. Vervang de grove vezels door fijne vezels, want vezels zijn wel belangrijk voor een goede darmwerking. Voorbeelden hiervan: fijn volkoren brood i.p.v. grof volkoren met zaden en pitten, gekookte groenten i.p.v. grove rauwkost, cornflakes of brinta i.p.v. muesli, en meergranenpasta ipv volkorenpasta. Minder vet; Vet vertraagd de maagontlediging. Probeer daarom vet te beperken, maar Iaat het niet helemaal weg. Voedings aanpassingen Grote hoeveelheden eten geven meer problemen dan kleine. Verdeel de hoeveelheid bij voorkeur over 6 porties. Een aantal mensen krijgt naarmate de dag vordert meer klachten. Eet rustig en blijf na de maaltijd zoveel mogelijk rechtop. Ook een eindje wandelen na de maaltijd stimuleert de maagwerking. Drink voorafgaand aan de maaltijd en tijdens het eten enkele glazers water. Minder cafeïne, alcohol en pepermunt: Zij kunnen de sluitspier tussen slokdarm en maag verslappen waardoor klachten als zuurbranden en oprispingen versterkt worden